Ik ben met zijn Tweeën

Ik ben met zijn Tweeën

In mij ben ik met twee aanwezig. Degeen die alles weet en degeen die alles moet vragen, degeen die dit schrijft en degeen die dit leest. Degeen die alles wenst te begrijpen en degeen die de ander vasthoudt in onwetendheid.
Degeen die wil kennen baseert zich op wat hij onderscheidt, op het trekken van grenzen. Daardoor is hij begrensd. Door zijn eigen natuur. Hij zegt: ‘dit en dit kan ik kennen, en dat wat ik ken dat is wat er is.’ Hij weet niet dat daarbuiten onnoemelijk veel meer is, namelijk dat wat de moeder is van dat wat bekend is: dat wat onbekend is. Dat wat eventueel nog gekend kan worden en dat wat nooit gekend zal worden. Dat wat gekend is wordt gehouden door dat wat onbekend is. Dat is die ander in mij. Wij zijn met velen. Wij houden alles wat leeft in onze vele armen. Altijd, alles, niets kan daaruit vallen. Wij zijn – niet in onze woorden, maar die van jullie – de heiligen, de sjamanen, de witte broedres en zusters, de tijdreizigers, degenen die vrij zijn en van andere planeten komen, kortom, zij die beloofd hebben terug te keren om te helpen. Ik ben één van hen. Wij houden dat wat gekend is en dat wat gekend wil worden in onze armen als een goede moeder. Wij zijn de vroedvrouw van deze wereld. Wij zijn aanwezig bij haar continue baren.
Degene in mij die alles wil weten leest deze tekst en schudt zijn hoofd. Wat is dit nou weer. Met zijn snoeimes van rede zou hij er niets van heel laten. Maar hij is murf geworden, slaperig, overmand door de zachte aanraking van hen die hem houden. Hij is… een potentiële overloper. Hij weet al bijna niks meer, hij weet al bijna alles.
Vanochtend in bed was alles in mij zo zacht en warm. Ik dijde uit naar de hoeken van mijn bed, de uithoeken van het universum. Ik was… volledig vloeibaar, ingestapt in de stroom. Ik was stromend, ademend. Er was geen enkele reden om daarmee te stoppen, dus stroomde ik in mijn lijf, mijn ochtendjas in en uit, en in deze woorden, deze mompelingen, deze onverstaanbare rimpelingen.
Er zijn er twee in mij aanwezig. Degeen die alles begrijpt en degeen die dat maar moeilijk kan bevatten.